Verhalen door:
Eijgelsheim Eric Geugten J.E. van der Groot, Kees Hofwijk J.W. Indonesië
Jonge, Jaap de Kol, van H.
Kuin, Herbert Levert-van der Mijll Dekker, Els
Melati van Java
Nuhoff, Betsie Numans, Mary Pieters, Lody
Putten, Krijn van
Renesse, Lucie van
Tebbenhoff H. Velleman, Luwi Verschuren, Naomi Hoorspel / Luisterboek
Documentaire films
Spoorloos
Verhalen in Pčtjoh Boomsma, Graa Brooshooft. P (Toneel) Daum P.A. Dijk Ko van Hella Haasse Keuls, Hans Louis Couperus Mark Loman Multatuli Olaf J. De Landell Pramoedya Ananta Toer Soer Josephine Székely-Lulofs M.H. x - MP3 Software |
Eijgelsheim Eric - Deel 2
Vanaf het begin van de negentiende eeuw ( 1806 en na het faillissement van de VOC in 1799 ) had Semarang een Gouvernementsbestuur. Vanaf 1808 tot 1811 onder leiding van Gouverneur Generaal Herman Willem Daendels, die als ‘’ stem ‘’ van het Koninkrijk Holland ‘’ ( toen onder het Franse Keizerrijk ) fungeerde. Het Gouvernementsbestuur stamde nog uit de tijd dat Batavia, in naam, een Franse kolonie was ( tot 1811 ) en duurde tot 1906. De kolonie kwam kort in Engelse handen, die het van 17 September 1811 tot 1816 bestuurde. In 1816 keerde het Nederlandse bewind terug. Koning Willem 1 was toen een jaar Koning der Nederlanden. De Engelsen hadden vanaf het begin van de negentiende eeuw op zee geheerst en waren bijna in voortdurende staat van oorlog met Nederland . Eenmaal in het bezit van midden-Java, achtten de Engelsen bestuurders Semarang verder niet van belang dan voordien de Nederlanders. De massale trek naar Semarang van Javaanse plattelanders vond tot ver na 1900 plaats zonder enige begeleiding, laat staan voorziening van overheidswege. Arm en onontwikkeld als de nieuwkomers in overgrote meerderheid waren, bleef hun doorgaans geen keus dan zich te vestigen in zelfgebouwde onderkomens op nog lege plekken in en vooral aan de rand van de stad. Malaria en epidemische ziekten als cholera, tyfus en dysenterie kregen er vrij spel. In 1901 stierf er ca. 20% van de bevolking. Ook in latere jaren kwam het nog enkele malen voor dat er 10 tot 20% van de kampongbevolkingen binnen enkele maanden het leven liet. In het jaar dat Abraham Schouten zijn carriere op Java begon, ca. 1911, kreeg de gemeente Semarang eindelijk de beschikking over aanzienlijke eigen geldelijke middelen. De allerhoogste prioriteit werd gegeven aan de aanleg van een adequate drinkwatervoorziening om de volksgezondheidsproblemen onder controle te krijgen. Abraham Schouten, 1911 op Java. Waarschijnlijk Semarang, Sompok nummer 4 aan het begin van zijn ‘ Indische carričre ‘. Voorgalerij Hotel Senrang ca. 1911 Gezin A. Schouten met ‘’ Moes ‘’ ( E.P. Schouten – Huntelman ( Elizabeth, roepnaam Bets ) , geb. 10-12-1884 te Scheveningen en overleden op 29-04-1949 te Arnhem ), Bep ( E.P.W. Schouten: 1909 – 1994 ) en Abraham Schouten, vader van E.T. Schouten. Abraham Schouten ca. 1912 op de inspectiespoorlijn SJS ( N.V. Samarang-Joana Stoomtram Maatschappij, opgericht 1881 en in 1900 320 km. lang ) per draisine. Jouw opa ( Joop Schouten ) was toen nog niet geboren. Abraham werkte er ca. tien jaar bij tot ca. 1919. Het eerste woonhuis op Java. Sompok nummer 4 in 1912. Een jaar voordat jouw opa geboren werd. Links in het raam houdt jouw overgrootmoeder een oogje in het zeil op Bep in de voortuin. De zus van jouw opa E.T. Schouten . Sompok 4 – Semarang in September 1979. Het stond er toen nog. Anno 2008 schijnt het een parkeerplaats voor een winkelcentrum te zijn. 1912: Boven: Sompok 4 in de tuin met Bep, Moes en Pa schrijft E.T. Schouten ( Joop ) achterop de foto. Onder: Sompok met Moes en Bep 1912: In Puworedjo. Van links naar rechts: Abraham Schouten met Bep op schoot, echtgenote van broer Rikus en Elizabeth P. Schouten-Huntelman. Creatie datum : 07/08/2008 @ 17:41 Reacties op dit verhaal
| Zoeken
Bezoekers 01-01-2008
1283137 Bezoekers 2 Bezoekers online TopArtikelen
|