Het lied van Si Nandang.
Heel, heel lang geleden, leefde er een visser. Hij woonde met zijn vader in een dorpje op het eiland Sumatra in de kabupaten Asahan. De visser heette Nandang en zijn vader Ulong Djantan. Nandang was, behalve een goede zanger en fluitist, net als zijn vader een strijder voor het volk van Asahan. Iedereen wist dat Ulong Djantan en zijn zoon Nandang leiders waren van de vissers.
In diezelfde tijd heerste er in Asahan een tirannieke vorst die een mooie dochter had. Zij heette Putri Fatimah. Het paleis van de vorst lag aan de oevers van de Asahan-rivier en had een grote balai peranginan. De prinses zat hier vaak te wachten tot zij de stem van Nandang zou horen, die zingend zijn visvangst thuisbracht. Zij verlangde naar Nandang, al heel lang. Op een avond liep Nandang onder de balai waarde prinses zat. Ze riep hem aan: 'Neem me mee, weg van dit paleis!.' Maar Nandang, hoe graag hij het ook wilde, weigerde. 'Nee,' zei hij, 'want dan zal jouw vader wraak nemen en daar zullen alle vissers het slachtoffer van worden. Zijn wraak zal wreed zijn.'
Vanaf die dag was de prinses erg verdrietig. Dag en nacht verlangde ze naar Nandang, naar zijn stem die het lied 'Si Nandong' zong. Ze kon niet slapen en weigerde te eten. De vorst wist niet wat zijn dochter scheelde en raakte in de war. Op een dag liet hij zijn medicijnman Pawang Alang Sakti, die ook zijn lijfwacht was, met al zijn mannen bij zich komen. Hij had de hulp van de medicijnman nodig om zijn dochter weer gezond te laten worden. Onder leiding van Alang Sakti werd er een plechtigheid gehouden voor de genezing van de prinses.
Plotseling kwam de prinses toen binnen en schreeuwde dat de ceremonie moest ophouden. Alang Sakti waarschuwde de vorst: 'Pas op heer, zij is in de macht van de zwarte magie van de duivel.' Maar de prinses riep: 'Ik ben niet ziek, jij bent een kwakzalver.' Opeens klonk van verre het lied van Nandang. Zijn stem bracht de prinses van haar stuk. Ze bleef als aan de grond genageld staan en prevelde onbewust zachtjes de naam van Nandang.
De vorst begreep inmiddels wie de oorzaak van de 'ziekte' van zijn dochter was en werd vreselijk kwaad. Hij gaf onmiddellijk opdracht om Nandang en alle vissers op te pakken. Zijn wraak was precies zoals Nandang had voorspeld. Een week later waren alle vissers, op Nandang na, opgepakt. Ze kregen lijfstraffen. Omdat Nandang spoorloos verdwenen was, werd zijn vader Ulong Djantan als gijzelaar gevangen genomen en gemarteld. De vorst hoopte dat Nandang zich zou overgeven als hij dit zou horen.
Op een dag, ongeveer een maand later, zat de prinses voor zich uit te staren op de balai van het paleis. Plotseling hoorde ze van verre de stem van Nandang. Zoals altijd zong hij zijn lied 'Si Nandong.' Onmiddellijk kwamen de vorst en zijn lijfwacht te voorschijn. De vorst gaf de Dajangdajangopdracht de prinses naar haar kamer te brengen.
Niet lang daarna verscheen Nandang, kalm en rustig. 'Ik kom hier niet om me over te geven, oh vorst. Ik eis dat u mijn vader en alle vissers Vrij laat!' 'Jij, onbeleefde visser,' riep de vorst terug, 'jij kunt mij niet bevelen. Ik ben hier de vorst en ik ben almachtig.' 'Ik kom ook niet om u te bevelen,' antwoordde Nandang, 'ik kom rechtvaardigheid eisen.' 'Maar, ik ben rechtvaardig, ik ben immers de vorst.' 'Oh nee,' riep Nandang terug. 'de rechtvaardigheid van een vorst gaat niet zo ver dat hij zijn volk al haar rechten mag ontnemen.' 'Zeg maar wat je wilt, visser. Je vader en de anderen laat ik niet los. En jij, voordat ik jou ga veroordelen, moet je eerst om vergeving vragen,' sprak de vorst dreigend. Nandang liet zich echter niet uit het veld slaan: 'Oh, almachtige, rechtvaardige vorst die met eerbied wordt aanbeden. Een tirannieke vorst moet door de mens worden bestreden.' 'Zwijg,' beval de vorst. Nandang ging rustig verder en zei: 'Is praten zonder toestemming van de vorst verboden?' 'Pas op jij, de macht van een vorst is onbeperkt. Jij Nandang, hebt drie misdaden begaan. Ten eerste heb je de prinses met je lied verleid. Ten tweede heb je het volk opgehitst om de vorst te bevechten. En ten derde heb je het adatrecht overtreden. Morgenvroeg Nandang, word je ter dood gebracht.'
Nandang weigerde zich over te geven. Er ontstond een vreselijk gevecht. Plotseling verscheen de prinses op de balai. Ze riep dat het gevecht moest ophouden en dat Nandang moest worden vrijgelaten. Ze hield een kris in haar hand en dreigde zichzelf te zullen doden als Nandang niet losgelaten zou worden. Het gevecht stopte meteen.
Nandang draaide zich om en wilde weglopen, maar plotseling riep de vorst: 'Steek hem dood!' Hierop sprong Alang Sakti snel achter Nandang en stak hem met zijn kris in zijn rug. De prinses zag dit alles gebeuren en schrok hevig. Ze aarzelde verder niet, zwaaide haar kris omhoog en stak zichzelf in het hart.
De vorst had er niet op gerekend dat zijn dochter de daad bij het woord zou voegen en bleef als verstijfd staan. Met veel moeite sprak de prinses nog tot haar vader: 'Oh vorst, ik ga nu met Nandang mee. Als u verlangt mij weer te zien, zing dan het lied van Nandang, "Si Nandong".'
Na deze laatste woorden strompelde ze de trap van het balkon af en viel neer op het strand. Nandang kroop langzaam naar haar toe en greep haar hand vast. Zo stierven zij, verenigd in de dood. Vanaf de dag van de dood van de prinses, vond er elke drie maanden een door de vorst georganiseerde selamatan plaats, waarop het lied 'Si Nandong' door de beste zanger uit de streek ten gehore werd gebracht.