De legende van Janggala en Dahawati.
De legende van Janggala en Dahawati (Kikker-Dans). Er was eens lang geleden een echtpaar dat geen kinderen had. Op Java regeerden de Hindoese koninkrijken. Op een dag ging het echtpaar naar het bos om kayu pèlèt (vuur-hout) te zoeken en werden moe en dorstig. Daar het moeilijk was om water te vinden viel een cocos de vrouw op. Eenmaal geopend had deze de vorm van een schelp en gretig dronk zij het wittige cocoswater. Een paar ogenblikken later voelde zij een verandering in haar buik, en moest vaststellen dat zij zwanger was geworden. Teruggaande naar huis kwam het echtpaar een grote kikker tegen, maar sloegen er geen acht op.
Een tijdje later schonk de vrouw het leven aan een zoon die het uiterlijk van een kikker had, en verbaasd geloofde het echtpaar hun ogen niet. Toch hielden zij van hun zoon en verzorgden deze als een echte baby. Zo groeide het kikkerkind op tot een volwassen jongeman. Toen hij een Prinses van het Daha Rijk zag werd hij op slag verliefd op deze wonderschone prinses. Hij vroeg zijn moeder iets te regelen, want hij kon de mooie prinses niet uit zijn gedachten bannen. De Koning werd enorm kwaad toen de moeder van het kikkerkind een huwelijksvoorstel aan de Koning deed. De Koning beval zijn Eerste Minister de vrouw om te brengen, doch hij beloofde dat wanneer de minister dit niet lukte het kikkerkind de Prinses mocht huwen.
De Eerste Minister deed zijn best om de moeder van het kikkerkind te doden, maar elke keer mislukte dat. Hij kreeg het niet voor elkaar! De Koning geloofde dat de vrouw bezeten was door een of andere magische sterke kracht en wist niet dat haar kikkerkind bovennatuurlijke krachten bezat. Het kikkerkind doodde iedereen die zijn moeder kwaad wilde doen en hem wilden doden. Toen besloot de Koning het kikkerkind te laten huwen met de Prinses van Daha. Zij leefde verbannen door haar stiefmoeder en 3 lelijke stiefzusters alleen in het bos. Zij werd Dahawati genoemd. De Koning had er vrede mee...
Het kikkerkind was in de wolken, doch schaamde zich voor zijn uiterlijk. Aldus toog hij naar de top van de heilige Mahameru Berg en begon een lange afzondering van gebed en meditatie, in de hoop een menselijk uiterlijk te krijgen. Door zijn bovennatuurlijke krachten gelukte het hem en langzaam veranderde hij in een knappe en sterke jongeman. In zijn diepe meditatie verkreeg hij het visioen dat hij een Prins was van Janggala, op Oost-Java gelegen. Toen de Kelud Vulkaan uitbarstte was hij omgekomen en gereïncarneerd in een kikker...
Dolgelukkig keerde hij terug naar zijn vrouw, de Prinses Dahawati, en een groot schitterende huwelijksceremonie werd gehouden. Alle koningen werden uitgenodigd en de Javaanse Koningen herkenden direct de Prins van Janggala. Hij leefde met Prinses Dahawati nog lang en gelukkig en als Koning en Koningin regeerden zij over het Kahuripan Koninkrijk. De Kikker-Dans is een herinnering aan deze merkwaardige tijd...